73
Alles wat hij vertelt, heeft met haar te maken en toch lijkt het of het over iemand anders gaat. Zijn woorden vormen een verhaal, de zinnen worden goed geformuleerd en pijnlijk duidelijk gearticuleerd. Je kunt hem bijna ook de punten en komma’s horen uitspreken.
Irma zit nog steeds met de agente op de bank en leunt een beetje achterover. Ze zou iedereen willen verzoeken de kamer en haar huis te verlaten, Edwin Majoor voorop. De aanwezigheid van de politiemensen en de man door wie ze belaagd wordt veroorzaakt een onaangename benauwdheid en een lamgeslagen gevoel. Edwins stem vult de hele kamer. Iemand moet zijn waanzinverhaal onderbreken, desnoods met geweld. Maar iedereen luistert geïnteresseerd.
‘Ik was al gewaarschuwd voor haar kuren,’ zegt het evenbeeld van Wouter met een cynische lach op zijn lippen. ‘Vrienden van me die regelmatig in het Grand Café komen, waar zij werkt, hadden al enige ervaring met Irma Esfeld. Ze is een weergaloze flirt, die kerels volslagen gek kan maken. Ik zal eerlijk toegeven dat ik er ook in ben getrapt.’
Als je echt goed kijkt, lijkt hij nauwelijks op Wouter. Hij heeft hetzelfde soort haar en de vorm van zijn neus vertoont ook enige overeenkomst. Maar zijn mond komt niet in de buurt van de sensuele lippen van zijn vader, zijn uitstraling is die van een natte krant en kan niet tippen aan het charisma dat Wouter tekende. Het charisma dat een bedwelmend en vooral verslavend effect had.
Edwins ogen zijn kil en afwijzend. ‘Ik ben getrouwd en wil dat blijven. Dat heb ik al tijdens ons eerste contact tegen haar gezegd en ze deed er niet moeilijk over. Toen ze me een sleutel gaf van haar huis en me uitnodigde om te komen als ik daar zin in had, was ik eerst niet van plan om erop in te gaan. Maar ja, soms doe je wel eens iets wat je beter niet zou kunnen doen en ik heb me de afgelopen week stevig door haar laten inpalmen. Gisteravond zouden we elkaar zien in de zaak waar ze werkt, maar ze was er niet. Ik had een paar zware dagen op mijn werk gehad, mijn vrouw klaagde voortdurend over allerlei kwalen, de kinderen, te weinig aandacht en alles waar vrouwen over kunnen klagen. Vanavond werd het me allemaal een beetje te veel. Ik ben dus hiernaartoe gekomen en heb de fantasie die zij me steeds voorstelde waargemaakt.’
De vrouw die naast Irma zit valt hem in de rede. ‘Over welke fantasie hebt u het?’
‘Over haar fantasie om midden in de nacht beslopen te worden door een man en zich door hem te laten overweldigen. Het klinkt banaal, ik weet het. Maar vanavond was het een optie. Ik raakte opgewonden van het idee en ik beloofde mezelf een knallend erotisch avontuur. Eerst heb ik een paar uur rondgereden.’ Hij wacht even en kijkt iedereen aan, behalve Irma. ‘Ik verwachtte een deur die vergrendeld was, maar kon zonder moeite binnenkomen. Toen ik onder aan de trap stond, heb ik een beetje geluid gemaakt. Ik had de indruk dat ze in de gaten had dat ik binnen was. Ze hield zich muisstil, precies zoals ze mij had voorspeld. Ik kon bijna niet op mijn benen blijven staan toen ik de knop van haar slaapkamerdeur omdraaide. Het drong niet meteen tot mij door dat de deur op slot zat, ik had daar totaal geen rekening mee gehouden. Daarom probeerde ik het nog een keer. Op dat moment hoorde ik dat ze de politie belde en ik begreep dat ik mezelf in de nesten aan het werken was. Dus ik rende naar buiten, startte mijn auto en wilde de Kruisweg zo snel mogelijk af rijden. Maar in de verte naderden jullie wagens al en toen heb ik die van mij bij het autobedrijf verderop geparkeerd. Ik wilde weg, maar toen dat niet snel lukte heb ik gelukkig even goed nagedacht. Om te voorkomen dat zij mijn bezoek een kwaadaardig tintje gaat geven, vertel ik liever eerlijk wat ik kwam doen.’ Hij haalt een sleutel tevoorschijn en legt hem op de salontafel. ‘Deze heb ik niet meer nodig.’
Iedereen kijkt nu naar Irma. Ze probeert zich te herinneren wat Edwin Majoor precies heeft gezegd, maar het zijn alleen flarden van woorden die geen enkel verband met elkaar hebben. Toch weet ze één ding zeker. Ze kijkt om zich heen en probeert iemands blik te vangen. ‘Hij liegt,’ zegt ze. Maar waar is haar stem?
Iedereen kijkt langs haar.
Ze maakt met een handgebaar duidelijk dat ze weg moeten gaan.